Psalm 117 aan Christus die Griekenland zal beschermen

Psalm 117 tot Christus, die Griekenland zal beschermen

Saint Paisios zei altijd dat het Psalterion een geweldig wapen is voor de orthodoxen en de beproevingen die ze doormaken.

*Psalm 117 wordt gelezen door de gelovigen aan God om de barbaren te stoppen voor de grenzen van Chora

1 Ἐξομολογεῖσθε τῷ Κυρίῳ, ὅτι ἀγαθός, εἰς τὸν αἰῶνα τὸ ἔλεος αὐτοῦ.

2 εἰπάτω δὴ οἶκος σσραὴλ ὅτι ἀγαθός, ὅτι εἰς τὸν αἰῶνα τὸ ἔλεος αὐτοῦ ·

3 εἰπάτω δὴ οἶκος ᾿Ααρὼν ὅτι ἀγαθός, ὅτι εἰς τὸν αἰῶνα τὸ ἔλεος αὐτοῦ ·

4 Hebben niet allen die de Heer vreesden gevraagd of hij goed is, of deze barmhartigheid eeuwig is.

5 ἐκ θλίψεως ἐπεκαλεσάμην τὸν Κύριον, καὶ ἐπήκουσέ μου εἰς πλατυσμόν.

6 De Heer is mijn helper, en ik zal niet vrezen wat een mens mij zal aandoen.

7 Heer, ik ben een helper en ik waak over mijn vijanden.

8 Is het goed in de Heer te geloven of moet het in de mens worden geloofd;

9 Hopen zij op het goede op de Heer of hopen zij op vorsten.

10 πάντα τὰ ἔθνη ἐκύκλωσάν με, καὶ τῷ ὀνόματι Κυρίου ἠμυνάμην αὐτούς ·

11 κυκλώσαντες ἐκύκλωσάν με, καὶ τῷ ῷνόματι Κυρίου ἠμυνάμην αὐτούς.

12 Ze omringden me als wasbijen en brandden als vuur in doornen, en in de naam van de Heer verdedigde ik ze.

13 tongen vielen en de Heer begreep mijυ.

14 ἰσχύς μου καὶ ὕμνησίς μου ὁ Κύριος καὶ ἐγένετό μοι εἰς σωτηρίαν.

15 Een stem van vreugde en heil in de tenten van de rechtvaardigen; aan de rechterhand van de Heer heeft hij kracht gewrocht,

16 Aan de rechterhand van de Heer hef mij op, aan de rechterhand van de Heer werk mijn kracht.

17 Ik sterf niet, maar leef en vertel de werken van de Heer.

18 De Heer heeft me opgeleid en me niet aan de dood overgeleverd.

19 ἀνοίξατέ μοι πύλας δικαιοσύνης · εἰσελθὼν ἐν αὐταῖς ἐξομολογήσομαι τῷ Κυρίῳ.

20 Dit is de poort van de Heer, de rechtvaardigen gaan er binnen.

21 ἐξομολογήσομαί σοι, ὅτι ἐπήκουσάς μου καὶ ἐγένου μοι εἰς σωτηρίαν.

22 λίθον, ὃν ἀπεδοκίμασαν οἱ οἰκοδομοῦντες, οὗτος ἐγενήθη εἰς κεφαλὴν γωνίας ·

23 Ze is uit de Heer geboren en is wonderbaarlijk in onze ogen.

24 ἡ ἡμέρα, ἣν ἐποίησεν ὁ Κύριος · ἀγαλλιασώμεθα καὶ εὐφρανθῶμεν ἐν αὐτῇ.

25 Κύριε, δή, ὦ Κύριε, εὐόδωσον δή.

26 εὐλογημένος ὁ ἐρχόμενος ἐν ὀνόματι Κυρίου · ὑμᾶς ἐξ οἴκου Κυρίου.

27 Θεὸς Κύριος καὶ ἐπέφανεν ἡμῖν πυκάζουσιν ἕως τῶν κεράτων τοῦ θυσιαστηρίου.

28 Θεός μου εἶ σύ, καὶ ἐξομολογήσομαί σοι · Θεός μου εἶ σύ, ὑψώσω σε · σοι, ὅτι ἐπήκουσάς μου καὶ ἐγένου μοι εἰς σωτηρίαν.

29 ἐξομολογεῖσθε τῷ Κυρίῳ, ὅτι ἀγαθός, ὅτι εἰς τὸν αἰῶνα τὸ ἔλεος αὐτοῦ.